3.333 : Århus, Denemarken

blader omlaag

Zes jaar geleden was ik met Evert in Noorwegen op zoek naar paradijsvogels. In de herberg van Voss sprak Berti Lemmes mij aan omdat hij ook met de motor onderweg was. Na een boeiende avond met deze meer dan gezellige zuiderbuur wist ik dat onze missie geslaagd was. We hebben altijd contact gehouden. Diverse pogingen om elkaar weer eens in levende lijve te ontmoeten zijn anders gelopen dan we beiden wilden. Een paar dagen geleden maakte hij me lid van zijn facebook groep om me op de hoogte te houden van zijn nieuwste motortrip. Hij had er reikhalzend naar uitgekeken. Gisteren kreeg ik het onthutsende bericht dat het zijn laatste is. In deze wereld zal ik deze meester levensgenieter niet meer treffen. Ik moet veel aan hem denken. Zonder Berti heeft die prachtige wereld van ons toch weer iets minder kleur.


 
Terug naar een ander afscheid. Dat van IJsland. Terwijl de boot fors deinend de wilde baren der Atlantische Oceaan doorklieft wentelen wij ons in het vermakelijke gezelschap van oude- en nieuwe motorvrienden. Zo is daar Italiaanse Tommy met enkele vrienden die met zichtbaar plezier flink wat solo kilometers heeft gedraaid nadat hij zijn vrouw op het vliegtuig heeft gezet. Berlijnse Daniel heeft zich door het enthousiasme van stadsgenoot Dieter laten overhalen tot een rondje IJsland. Ik zou niet weten wat deze zelfgekroonde motormafia pensionado meer heeft; reiskilometers of levensjaren. Geweldig om een senior zo lekker bezig te zien met techniek en motorreizen. Het plezier straalt van zijn pretgezicht.


 
En wat te denken van de Zweedse reus Mickey; een prettig gesjeesde IT’er die enkele dagen voor vertrek gewoon ff een enorme BMW Adventure aanschaft en zich het beste motorpak laat aanmeten dat ie kan vinden. Hij woont in een hut diep in de Zweedse bossen en moet op weg naar het werk en terug zijn best doen om geen herten te raken. Ontwijken lijkt zijn ding. Ik heb sterk het gevoel dat hij zo ook in IJsland is geraakt.

Argentijnse Julian blijkt notabene in dezelfde periode als ik Kyrgystan te hebben doorkruist. Ik vraag hem of er na bijna zeventien jaar on the road nog een weg terug is. Hij kijkt me begripvol aan, slaakt een monsterzucht en vertrouwd me toe; eigenlijk niet maar ik moet wel… voor mijn zoon. Vlak voor het verlaten van de boot laat hij me een poster zien waarop hij zijn avonturen heeft geïllustreerd. Check zijn website voor het complete verhaal.


 
Halverwege Denemarken doet onze boot een halve dag de Faroer Eilanden aan. Tijdens de voorbereiding las ik ergens op internet dat er een mogelijkheid bestaat om met je motor van boord te gaan. De ochtend voorafgaand aan de checkin gooien Evert en ik met succes al onze charmes in de strijd bij de dames van Smyrill. De boot is nauwelijks afgemeerd of bij ons gaan de trossen los. Eerst tunnelen we retour naar een eiland in het oosten om daarna het kompas op het westen te richten. We zijn prettig verrast door de schoonheid van deze eilanden. Ze missen de vulkanische rauwheid van IJsland maar hebben wel de enorme groene rotsmassieven. De bebouwing is wat dichter en gecultiveerder. We zijn duidelijk in beeld wat dichter bij huis.

Als we aan het begin van de avond het einde van de weg op een van de westelijke eilanden bereiken tovert het strijklicht alles om tot een sprookje. We wanen ons aan het eind van de wereld. In de ban van al dat moois strijken we neer in een klein maar kek restaurant waar een vreemde geur hangt. Evert schuifelt op onderzoek de keuken in en treft Tina die de overblijfselen van de lokale fauna aan het uitkoken is. Geen bouillon voor Willie. En dat geldt eigenlijk ook voor het traditioneel bereidde vlees. Een tikkeltje te sterk voor deze amigo.

Kliko Evert likt er zijn vingers bij af.


 
Het wordt tijd om de motoren te draaien en in gestrekte draf bootwaarts te keren. Half acht gaat immers het anker omhoog. Geen probleem met onze snelle motoren meent Tina. De Faroer hermandad is volgens haar niet zo ijverig. Alleen bij de airport. We vliegen dus op gepaste wijze terug. Ook wel weer eens lekker na 14 dagen met een gangetje van maximaal 90. Achteraf hadden we best een toetje kunnen nemen. Een luxe gezelschap is uit eten in Tórshavn. Men heeft de rederij een flinke som geld geboden om de boot te vertragen. En zo gaan de scheepsmotoren pas stampen in de vroege uurtjes van de volgende ochtend.

Mij kan het niet bommen. De volgende dag op zee is mijn uitslaapdag.

Volg de MidlifeCRUISER ook live per satelliet

3 Reacties

  1. Wat jammer dat het weer (bijna) voorbij is. Ik heb genoten van het reisverslag. Weten we al waar de volgende trip naartoe zal gaan?

  2. echte prachtverhalen; vooral de spontane ontmoetingen zijn de momenten die je bijblijven!

Gesloten voor reacties